Iedereen bedankt voor de deelname aan de enquête!

Van augustus tot en met oktober 2004 heeft de MAG-projectgroep diesel een enquête gehouden, waarin informatie werd gevraagd van motorrijders over eventuele gevaren van dieselvervuiling op de weg en bij tankstations. Het is in ieder geval al duidelijk dat er in Nederland nog nooit specifiek onderzoek gedaan is naar dit onderwerp; de MAG is de eerste organisatie die hier aandacht aan besteedt. Uit de officiële ongevalcijfers is niet duidelijk hoeveel ongevallen in Nederland direct met diesel te maken hebben. Daarom hebben we jouw hulp ingeroepen.

Dieselsporen kunnen voor motorrijders een gevaar vormen omdat ze spekglad zijn. Wanneer blijkt dat dit probleem op grote schaal aanwezig is zullen we een voorlichtingscampagne gaan voeren voor motorrijders en alle overige weggebruikers.

Momenteel zijn we bezig met de verwerking van de resultaten van de enquête. Zodra de informatie is verwerkt, zullen we je uiteraard op de hoogte stellen van onze bevindingen.


Diesel (of dieselolie/gasolie) wordt in Nederland in grote hoeveelheden verkocht als brandstof voor personenauto's, vrachtauto's en zware machines in de bouw en agrarische sector. Het komt regelmatig voor dat dieselolie op het wegdek gemorst wordt, bijvoorbeeld tijdens het tanken, door slecht afgesloten brandstoftanks of als bij een ongeluk een brandstoftank of -leiding lek raakt. Diesel wordt gemaakt door aardolie te raffineren, een proces waarbij een hele reeks aan producten onstaat, zoals kerosine, petroleum en benzine, maar bijvoorbeeld ook terpetine, wasbenzine etc. Al deze producten zijn dus eigenlijk 'familie' van elkaar (de koolwaterstoffen), maar hebben ieder hun eigen specifieke eigenschappen.

Diesel heeft net als motorolie de eigenschap dat het een extreem gladde laag vormt waar je als motorrijder gemakkelijk door ten val kunt komen. Ook auto's en vrachtauto's kunnen hierdoor in een slip raken, al is de kans schade of letsel veel kleiner. Diesel heeft daarbij ook de nare eigenschap bij normale temperaturen maar langzaam te verdampen zodat het veel langer op het wegdek aanwezig blijft als bijvoorbeeld benzine en andere ‘vluchtige' koolwaterstoffen. Deze eigenschap maakt wel weer dat diesel veel minder brandgevaarlijk is als bijvoorbeeld benzine. De kans op ontbranding van diesel bij normale buiten-temperaturen is dan ook erg klein. En al deze stoffen zijn trouwens slecht voor het milieu als ze in de grond, of het grondwater terecht komen.

 

Zelfs een relatief kleine hoeveelheid gemorste diesel kan nog tot 48 uur een gevaar vormen voor het verkeer. Vooral in bochten is de kans op slippen voor een motorrijder natuurlijk erg groot, en dat is nu juist de plek waar vaak diesel gemorst wordt. Dit komt doordat brandstoftanks niet altijd goed afgesloten zijn, of te vol getankt worden waardoor er in de bocht brandstof via de ontluchtings- of vulopening uit de tank stroomt. Uiteraard loop je ook een redelijke kans om bij tankstations gladde plekken door gemorste diesel te vinden. De beheerder van een tankstation is weliswaar verantwoordelijk voor het schoonhouden van de vloeistofdichte vloer van het tankstation, maar hij kan natuurlijk niet altijd voorkomen dat er rond de pompen soms toch wat diesel of olie ligt. Ook vind je ook vaak diesel of olieresten op het wegdek bij verkeerslichten of parkeerplaatsen waar voertuigen gedurende langere tijd stilstaan. Tenslotte blijft er soms een plas diesel of olie achter als bij een ongeval het brandstofsysteem (tank en leidingen) beschadigd raakt.

 

Er zijn in Nederland nauwelijks exacte gegevens te vinden over het aantal ongevallen met motoren als gevolg van diesel op het wegdek. Zusterorganisaties van de MAG ( in Engeland, Duitsland, Frankrijk en Scandinavie) hebben in het verleden ook al acties gevoerd om de gevaren zowel bij de veroorzakers als bij de slachtoffers (de motorrijders) onder de aandacht te brengen.

 

Op een droog wegdek zal een dieselspoor nauwelijks opvallen. Als het net gemorst is zal het misschien nog een duidelijk nat spoor zijn, maar als snel blijft er hooguit een iets donkerder spoor over dat je gemakkelijk over het hoofd ziet. Op een nat wegdek zie je olieresten vaak juist beter, er onstaan fel gekleurde schitteringen (rood, groen en geel) in het zonlicht of het licht van je motor.

Om diesel of olie snel van het wegdek te verwijderen wordt vaak de brandweer ingezet, zij spuiten eerst een speciale sterk ontvettende zeep op het wegdek die daarna met water weggespoeld wordt. Bij tankstations wordt dit regelmatig door de beheerder gedaan.


Samenvatting
Je loopt als motorrijder dus een redelijke kans een keer met gemorste diesel op het wegdek geconfronteerd te worden, waarbij een eventuele slippartij al snel tot schade of zelfs letsel kan leiden. Je loopt de meeste kans diesel aan te treffen bij:

  • Tankstations. Er wordt gemorst tijdens het tanken of wegrijden.

  • (Mini)rotondes en bochten. Vooral op rotondes en in bochten stroomt er nog wel eens brandstof uit slecht sluitende tankdoppen. 

  • Voor verkeerslichten, op parkeerplaatsen of andere plaatsen waar voertuigen langere tijd stilstaan.

  • Op plaatsen waar recentelijk een ongeval heeft plaatsgevonden.

Mocht je een keer een gevaarlijke situatie ontdekken, probeer deze dan zo snel mogelijk te melden, bijvoorbeeld bij de beheerder van het tankstation. Als je een dieselspoor op de weg ontdekt, meld dit dan bij de politie (0900-8844). Zij hebben vaak direct contact met de de wegbeheerder en de brandweer, zodat ze er voor kunnen zorgen dat de diesel opgeruimd wordt.