Print deze pagina

Nieuws

01 October 2010

Kentekenplaat naast het achterwiel


Er rijden aardig wat motoren rond waarvan de kentekenplaat naast het achterwiel is gemonteerd. Een enkele keer wordt daar een bekeuring voor uitgedeeld.

Dat laatste overkwam ook MAG-lid Tonny van Berkel uit Winterswijk. Het argument dat de plaat duidelijk leesbaar was mocht niet baten en de verbaliserende agent nam zelfs foto's om zijn vermeende gelijk te kunnen bewijzen.

Bezwaarschrift - Tonny vroeg ons wat hij ter verdediging kon aanvoeren omdat hij uiteraard geen zin had om een onterechte bekeuring te betalen. Aangezien het niet alleen een probleem voor hem was, maar veel meer motorrijders kan treffen, besloten we om eens te onderzoeken welke voorschriften nu eigenlijk gelden. We vonden de betreffende wetsartikelen en hebben met gebruikmaking daarvan een bezwaarschrift opgesteld voor Tonny. Het had als resultaat dat de officier van justitie besloot dat de bekeuring onterecht was en de inmiddels betaalde boete van €90 plus administratiekosten werd terug gestort. Tonny hoefde er niet eens persoonlijk voor bij de rechter te verschijnen. Dat was niet alleen prettig voor Tonny, maar ook het bewijs dat je je niet overal maar bij neer moet leggen (een eigenschap die de MAG gelukkig niet kent).

Voorbeeldbrief - Mocht je nu tegen een zelfde bekeuring aanlopen en mede aan de hand van foto's je gelijk willen bewijzen dan achten wij de kans groot dat je met gebruikmaking van onderstaande voorbeeldbrief voldoende argumenten aandraagt om de aanklacht te laten vernietigen. Let wel op de hiervoor geldende voorwaarden, zodat je brief binnen de gestelde termijn behandeld kan worden. Ook moet het boetebedrag plus de administratiekosten overgemaakt worden. Bezwaar maken betekent niet dat je de betaling kunt opschorten tot er een uitspraak over gedaan is.

Klik hier om de voorbeeldbrief als Word-document te downloaden.

 

Wegenverkeerswet 1994 - Hoofdstuk IV. Kentekens en kentekenbewijzen.

§ 2. Kentekens - Artikel 40.
1. Het kenteken dient behoorlijk zichtbaar op of aan het motorrijtuig of de aanhangwagen aanwezig te zijn.

Regeling kentekens en kentekenplaten.

Artikel 7.
2. Bij motorrijtuigen op twee of drie wielen met of zonder zijspanwagen, met uitzondering van bromfietsen, moet de kentekenplaat zijn aangebracht aan de achterzijde van het motorrijtuig op de daartoe bestemde plaats.

6. De kentekenplaat moet loodrecht op het verticale mediaanvlak van het voertuig zijn aangebracht en zich in verticale stand bevinden, met een tolerantie van 5%. Indien de vorm van het voertuig zulks vereist, mag de kentekenplaat evenwel de volgende helling ten opzichte van de verticale stand hebben:
a. indien de van het kenteken voorziene zijde van de kentekenplaat naar boven is gekeerd, een hoek van ten hoogste 30°, mits de bovenrand van de kentekenplaat zich niet hoger dan 1.20 m boven het wegdek bevindt,

7. Het kenteken dat aan de achterzijde is aangebracht, moet van achteren zichtbaar zijn en mag niet hoger dan 2 m boven het wegdek zijn aangebracht.

8. De kentekenplaat moet zodanig op het motorrijtuig dan wel de aanhangwagen bevestigd, dat:
a. de kentekenplaat en het kenteken aan de achterzijde van het voertuig over de volle, in de bijlage voorgeschreven, oppervlakte zichtbaar is voor een waarnemer, die zich op een afstand van 20 m midden achter het voertuig bevindt, b. de karakters van het kenteken niet door de bevestigingsmiddelen zijn beschadigd, en c. de kentekenplaat aan de achterzijde van het voertuig niet door glas of ander doorzichtig materiaal wordt bedekt.

9. Aan of op het motorrijtuig, de aanhangwagen of de kentekenplaat mag geen teken of middel zijn aangebracht dat de herkenning, daaronder begrepen de herkenning met behulp van technische voorzieningen, van het kenteken bemoeilijkt of kan bemoeilijken.